Speklapjes? Heerlijk! (en van goede komaf)
Varkensboeren zijn boos. Ze demonstreren. En terecht, denk ik. Varkensvlees is het meest onderbelichte stukje vlees op het Nederlandse bord. Onterecht. Ok, vlees dat met water wordt ingespoten om zo goedkoper over de toonbank te gaan, daar ben ik niet voor. Net zo min als voor vlees met hormonen. Ik ben voor een stukje eerlijk vlees van een beest dat een goed leven had. Want dat proef je nu eenmaal terug op het bord. Daarom is het ook zo belangrijk dat wij als consument geen kiloknallers meer kopen. We zouden het nu toch langzamerhand wel door moeten hebben dat niemand daar beter van wordt? Niet alleen het varken en de boer niet, maar uiteindelijk ook de supermarkt ketens niet die de prijs laag proberen te houden. Daarom koop ik mijn Zeeuwse speklapjes bij de slager in de buurt. Die weet waar het varken vandaan komt, dat het een goed leven had en wat het at. En ik kan er speklapjes met een zwoerd kopen. Heerlijk in een stamppot van veldsla. Schil een kilo aardappelen en bak ondertussen de speklapjes uit in een heel klein beetje olie. Ondertussen van wat yoghurt, een klontje boter, een scheut azijn en wat melk een mix maken en even verwarmen in de magnetron. Wat zout en peper erbij doen. Als de aardappelen gaar zijn, fijn stampen met de stamper en het melk mengsel toevoegen. Daarna wat vet erbij dat in de pan van het spek is achtergebleven. Vervolgens de gewassen veldsla er doorheen roeren en nog wat extra peper toevoegen. Smakelijk hapje!