Jacobsschelp
Ik liep dus vorig jaar met mijn gezin naar Santiago de Compostela. Een prachtige Spaanse stad. En een echt bedevaartsoord. Vanuit allerlei windstreken komen de pelgrims naar deze stad. Dat komt door Santiago, Jacob in het Nederlands. Hij was een discipel van Jezus en is hier begraven. Volgens de legende dan. Hij was eerst in Palestina onthoofd en met een stenen boot (!)naar de Galicische kust gevaren. Als vanzelf. Daar werd zijn lichaam begraven en verrees een basiliek. Die overigens prachtig is. Omdat hij Jacob heette, is de jacobsschelp het symbool van deze pelgrimsroutes. Iedereen heeft er een aan de rugzak of aan de wandelstok hangen. Wij eerst niet. De tocht die wij liepen vanuit Porto langs de kust is een weinig belopen route. Tenminste op het moment dat wij die liepen in juli. Bijna geen andere pelgrims kwamen we tegen en bijna nergens winkeltjes met parafernalia te vinden. Dat werd overigens wel anders toen we in Spanje liepen en daar grote groepen pelgrims tegenkwamen. Soms zonder bagage, die werd dan door auto’s vervoerd. Maar wel weer met schelpen, afbeeldingen en stempelboekjes. Ook zoiets, dat hadden wij helemaal niet, een stempelboekje. Nergens onderweg kon je die verkrijgen, of althans, wij hebben het niet gezien. Wij hadden een wandelkaart en een stempel. Wisten wij veel dat je die overal konden halen. Alle horeca gelegenheden op de route gaven stempels uit terwijl wij nog dachten dat het hier om iets heel speciaals ging. Tsja. Toch bedachten we ons dat een jacobsschelp best leuk zou zijn. En toen we ergens aan de kust in een restaurant op de enige dag met regen belandden, en daar fantastisch bereidde verse jacobsschelpen aten, bewaarden we die. Dat stond toch wel weer leuk vonden we. Het restaurant zag er aanvankelijk uit als een dorpscafé, maar omdat we al even in de regen liepen, gingen we toch naar binnen om te schuilen. Helemaal leeg was het. Vervolgens aten we daar het beste maal ever. Verse vis, heerlijke inktvis, stukken vlees en jacobsschelpen. Die waren trouwens bereid met een compote van zoete uien. Dat ging wonderwel goed samen met de smaak van de zeevrucht. Toen we het pand enigszins bedwelmd en rozig verlieten, zat het stampvol. Onthou dat wanneer je ooit in Oia bent, je daar moet gaan eten!