Zeeuwsche Zoute wordt op ambachtelijke wijze gemaakt.
Zeeland kent een lange traditie met zout. Al in de Romeinse tijd werd het uit de zee gewonnen, later werd zout gewonnen uit afgegraven en verbrand veen. Uiteindelijk ging de Zeeuwse zoutindustrie als een nachtkaars uit. Toch is er nu, op initiatief van Christian Clerx weer een Zoutziederij in Zeeland, en wel in Bruinisse. “Ik ben een geboren en getogen Zeeuw en ondanks dat ik in Amsterdam woon, ben ik trots op alles wat er Zeeland op het gebied van eten en drinken gebeurt en wilde ik daar iets aan toevoegen.” Dat werd ‘Zeeuwsche Zoute’, een zout dat wordt gewonnen uit Oosterscheldewater. “Dat water is schoon en helder,” zegt Clerx. “We halen het uit het bekken bij de Krammersluizen. Vervolgens brengen we het naar onze zoutloods in Bruinisse en zeven we er daar de viezigheid uit en laten het water indampen. Ik ging, om dit allemaal te ontdekken, in de leer in Noorwegen, Wales en Amerika. Daar keek ik de kunst van het zout maken af. Wij scheppen hier de calcium er met de hand af, dat maakt het zout minder bitter een zorgt voor een andere, unieke structuur. Zo krijg je de ziltige, zoute smaak van de Oosterschelde. Die is uniek,” weet hij. “Er is al veel belangstelling voor van chefkoks, maar ik verwacht ook dat de consument hier op aanslaat. Het is niet goedkoop, maar doordat de kwaliteit zo goed is heb je maar weinig nodig.” Neem een mooi stuk zeewolf, bak in roomboter aan weerszijden gaar en bestrooi voor het opdienen met Zeeuwsche Zoute. Eet met wat meegebakken venkel. Het zout is in drie variaties verkrijgbaar.