Koek en Zopie

Ik ben niet meer zo’n schaatster, ook omdat ik bang ben om te vallen en daar wat aan over te houden. Maar vroeger schaatste ik graag en niet alleen omdat het leek alsof de winters toen veel kouder waren, dat waren ze ook. Bij ons op het ijs van de Veste stond, als de ijsperiode langer duurde, een kraampje met Koek en Zopie. Nooit over nagedacht verder. In de praktijk was het ontbijtkoek en warme chocolademelk en als het ijs langer bleef liggen, dan stond er ook erwtensoep op het menu. Toch is Zopie geen chocolademelk. Zopie komt van zoopje, wat een slokje of borreltje betekent. Wellicht van het werkwoord “zuipen” afkomstig? Voor de negentiende eeuw werd er in Nederland op het ijs namelijk veel gezopen, flink gegokt en gehoereerd. Het ijs viel namelijk onder land noch water en was dus vrij. De drankwet ging over verkoop van drank op het water en op het land en niet over drankverkoop op het ijs. De mensen grepen destijds hun kansen daar! Wellicht dat daardoor het vriezen, schaatsen en ijs zo iets magisch over zich heen hebben gekregen met het vooruitzicht van bandeloosheid en een ‘vrije’ zone. Overigens best koud om te hoereren op het ijs, daar moet ik even niet aan denken en gokken lijkt me ergens op de wind in de polder nu ook niet zo aantrekkelijk zeg maar. Ik ga liever aan de slag de slag om de komende ijsdagen van de Zopie te kunnen genieten. Breng 1 liter bier samen met het pijpje kaneel, 2 kruidnagels en 2 plakjes citroen aan de kook. Laat het geheel dan ongeveer 20 minuten op een zeer zacht pitje doortrekken. Roer ondertussen 150 gr. bruine basterdsuiker met 2 eieren los en bind hier mee het bier. Voeg op het laatst 1 dl. rum toe. Heet drinken!